Een mooie dag

Dag 65; 18 juli van Les Gentianes naar Aubrac 20 km (totaal 1297 km)

Er is ons verteld dat het vandaag erg warm wordt en onze route gaat door een gebied met weinig beschutting dus vertrekken we op tijd. We lopen door de Aubrac, een streek van een ongekende schoonheid, werkelijk schitterend. De Aubrac is geologisch een lavameer van grijze graniet en blauwzwart basalt. Die ondergrond laat geen water door en het plateau is waterrijk. Bergmeren, veenlanden en beken onderbreken de uitgestrektheid van sappige, natuurlijke weiden die ook in droge zomers grazig blijven. De Aubrac is geografisch een bergplateau, 30 km in doorsnee. Het ligt tussen 1000 en 1471 m. Zijn flanken dalen steil af naar de omringende rivieren Truyere, Bes en Lot. Maar zijn toppen zijn glooiend. De winter duurt hier 6 tot 7 maanden. Traditioneel vindt op 25 mei nog steeds de weidewisseling plaats. Dan trekken de kuddes koeien en schapen feestelijk uit het dal naar de Montagnes (naam voor bergweiden).  Elke montagne had zijn buron, een eenvoudige zomerboerderij waar 4 tot 6 boeren de hele zomer leefden. Veel tijd ging op aan melken. Twee dagen melk werd in 1x tot Tomme verwerkt: wrongel, die de volgende dag gemalen, gezouten, in vormen geperst en weggezet werd om tot Cantal kaas te rijpen. Of die vers gebruikt werd voor de Aligot, het hoofdvoedsel in de Buron en nu nog steeds een traditioneel gerecht. We hebben dit gerecht gisteravond mogen eten en het was erg lekker.

Vandaag komen we door Nasbinals, deze stad zou in de 8e eeuw ook een priorij hebben gehad. De huidige Romaanse kerk is een juweeltje van Romaanse bouwkunst uit de 11e eeuw.

Moe maar voldaan arriveren we bij de gite, samen met Veronique en haar moeder gaan we in het stadje Aubrac (is nog ongeveer 1,5 km lopen en weer terug) lekker eten.